Staf (16) maakt winnende carnavalsaffiche 2020
Staf De Koninck (16) tekende de winnende affiche voor deze carnavalseditie. Zijn ontwerp haalde het van 43 andere inzendingen. Hij mag dan wel jong zijn, een echte nieuweling in de carnavalswereld kan je Staf niet noemen. Bovendien is hij als inwoner van deelgemeente Baardegem een geboren en getogen Aalstenaar.
Staf: “Momenteel zit ik in het vijfde jaar middelbaar onderwijs in de Academie voor Beeldende Kunsten. Tekenen, schilderen en ontwerpen, daar ben ik dus zowel overdag als ’s avonds mee bezig. Dat ik als jonge gast mijn carnavalsaffiche overal mag zien opduiken in het straatbeeld, zal een onvergetelijke ervaring worden.”
Of Carnaval hem thuis met de paplepel werd ingegeven? Staf: “Eigenlijk wel! Je kan me in de stoet terugvinden als lid van een losse groep. Vorig jaar mocht ik ook voor het eerst ’s nachts uitgaan tijdens Carnaval, en dat plan ik ook dit jaar te doen! Ik ben trouwens een goed voorbeeld van hoe carnavalstradities van generatie op generatie worden overgedragen: mijn papa mocht in 1998 de carnavalsaffiche voor Aalst ontwerpen. Onze pa heeft me niet gepusht om mijn kans te wagen, maar stiekem is hij wel fier op het resultaat! Dat Carnaval een traditie is waar je mee opgroeit, is ook de inspiratie geweest voor mijn afficheontwerp. De titel is toepasselijk: “’t Es aane kloinen oeik è; zegt’er oeik isj iet op!”. Het design heeft wat retro-invloeden, om het belang van erfgoed en tradities te onderstrepen.
Met zijn inzending is Staf niet aan zijn proefstuk toe: “Vorig jaar waagde ik de eerste keer mijn kans met een inzending voor de affichewedstrijd. Toen viel de deadline voor het indienen echter samen met de voorbereidingen van de Faubourgstoet in Baardegem, waar ik met mijn vriendengroep mee in de stoet loop onder de naam ‘De Schellekes’. Eerlijk: helemaal tevreden was ik toen niet over mijn ontwerp, dus het was geen verrassing dat ik aan het kortste eind trok. Dit keer was ik wel overtuigd van mijn ontwerp, al had ik ook deze keer geen positief nieuws verwacht. Ik kon het niet geloven toen ik het verlossende mailtje van de stad kreeg!”